Cahuita

Zondag 6 februari
Het heeft weer flink geregend en mama heeft er niks van meegekregen. Als we wakker worden is het nog aan het nadruppen. Het ziet er naar uit dat er meer regen kan komen. Liever niet als wij weg gaan, want onze bagage moet droog blijven. Bij de voederplaats zitten veelal dezelfde vogels dus we gaan vandaag eerst een stukje aan de wandel. Op zoek naar de Manakin die we gisteren gehoord en gezien hebben. De vogel is nergens te bekennen. We willen om acht uur vertrekken. Een vroeg ontbijt zou daarom prettig zijn. De eerste dag zaten we ook al vroeg aan het ontbijt. Net vandaag gaat alles even anders. Er is gisteren een groep gearriveerd waardoor we een buffet krijgen. Absoluut niet vervelend, maar die begint pas om half acht. Vandaag krijgen we ook nog bezoek van een nieuw soort honingkruiper. Super gaaf!
We vallen gelijk aan als het buffet geopend is en zijn blij dat we nu zelf mogen bepalen wat we eten en hoeveel. Er is zoveel vers fruit. Daar scheppen we een hele berg van op. Lekker in combinatie met de pannenkoeken die ze ook hebben liggen. Er is ook bakbanaan. Daar ben ik zo enorm dol op. Hier moeten we wel wat uren op door kunnen brengen.

Boca Tapada – Maquenque Eco Lodge – Amerikaanse purperhoen – Purple Gallinule
Boca Tapada – Maquenque Eco Lodge – Roodoorpapegaai – Brown-hooded Parrot
Boca Tapada – Maquenque Eco Lodge – Groene suikervogel man – Green Honeycreeper
Boca Tapada – Maquenque Eco Lodge – Groene suikervogel vrouwtje – Green Honeycreeper

Iets na acht uur vertrekken we van onze kamer. De bagage wordt met een karretje naar de boot gebracht. Het hele eind moeten wij lopen. Na de overtocht is het nog een stukje lopen naar de auto. Een koffer over gravel trekken, heuvel op is best wel zwaar en warm. Om half negen vertrekken we. Mama rijdt vandaag de onverharde weg zodat ik ook kan zien waar we rijden. We zien onderweg best veel vogeltjes. Als we voor elk vogeltje zouden stoppen dan zouden we nu nog onderweg zijn. Voorbij Sarapiqui maken we een drinkstop. Het is in de auto behoorlijk warm. De zon schijnt volop. Ook met ramen open is het heet. De eerste twee uur rijden zitten er op. Als het goed is ook de lastigste. De rest van de weg is verhard en gaat niet al te veel door de bergen. Een groot deel van deze route naar Cahuita is bekend terrein, maar er is nul herkenning. Er zijn grootschalige werkzaamheden aan de weg. Het is behoorlijk druk op de weg en blijkbaar is er verbreding nodig. Van Guapiles tot aan Limón zijn ze bezig. Dat is zo goed als het halve land. Net alsof wij de weg in één keer gaan verbreden van Groningen tot aan Maastricht. Het is fijn dat er bijna de hele tijd verkeer voor ons rijdt, want het is niet altijd even duidelijk waar je moet rijden. We zigzaggen heel wat af. Dan een stukje over de nieuwe weg en weer terug naar de oude. Er zit behoorlijk hoogteverschillen tussen beide wegen waardoor er heel wat hobbels zijn. Het rijdt gelukkig wel door, maar urenlang graafmachines en ander grof geschud is nou niet bepaald leuk rijden.

Het is vandaag zondag en het is echt heel erg druk. Er zijn veel fietsers en wandelaars. Mensen met karren die iets verkopen. Het gaat allemaal over de doorgaande weg waar je vaak 60 of 80 mag rijden. We zien ook heel veel vlaggen. Eerst denken we dat het de vlag van een voetbalclub is. Wel gek dat er dan zoveel clubs tegelijk spelen. Het zijn wel heel veel soorten vlaggen. Mensen hangen ze op aan bomen, huizen, aan hun auto’s. Elk gehucht heeft een school waar het een drukte van belang is. We zien dezelfde vlaggen voorbij komen. Als ik een groot reclamebord naast de weg zie staan is het opeens duidelijk. Er wordt gestemd vandaag. In Nederland is het bijna geheim waar je op stemt. Hier laat iedereen duidelijk weten voor welke partij ze zijn. Ik heb ook bijna het idee alsof het een soort feestdag is. Of dat waar is weet ik niet. Wij verblijven al dagen op afgelegen plekken en komen nu voor het eerst in het weekend in de bewoonde wereld. Dat is dan ook even wennen.
Het vinden van een lunchplek gaat niet zo makkelijk. Vanwege de werkzaamheden kun je alle locaties niet zo makkelijk bereiken. Zonder lunch overleven we ook wel. We hebben goed ontbeten. De havenstad Limon is de lelijkste stad van Costa Rica. We zijn er niet eens echt doorheen geweest, maar het is een grote havenstad. Er staan allemaal containers van Chiquita, Dole en Del Monte. Wel praktisch zo naast de vele bananen- en ananasplantages. In deze stad zien we voor het eerst ook veel afval naast de weg liggen. Dat zie je hier vrij weinig. Langs de kant van de weg staan ook veel kraampjes waar allerlei soorten fruit verkocht wordt waarvan we geen idee hebben wat het is.

De navigatie stelt voor om het centrum van Limon te vermijden er wat meer door het binnenland te gaan. We komen een klein restaurantje tegen waar we een drankje doen. De tamarinde is een nieuwe smaak en bevalt mij niet zo goed. Het proef ook meer naar limonade dan vers sap. Nog driekwartier volhouden en dan zijn we op onze bestemming. Niet veel later zien we voor het eerst de zee. Wauw, wat is het mooi. Het liefst zou ik gelijk een kijkje nemen. Dat slaat nergens op, want we verblijven bijna aan het strand. Cahuita is een klein kustplaatsje waar wij verblijven. Het zou er rustig moeten zijn, maar het is een drukte van belang. Het strand ligt helemaal vol met locals. Wij zijn te moe van de lange rit dat we geen puf hebben om een kijkje te nemen. Bij de receptie komt mama een oude bekende tegen. De buschauffeur van de groepsreis die zij in 2017 gemaakt heeft. Knap dat ze hem herkend. Hij herkent haar natuurlijk niet, want in de tussentijd heeft hij tig Hollanders gezien. Toch worden we behandeld als zijn amigos. We krijgen nog een tip waar we goed kunnen avondeten. Bijkomen van de rit lukt niet echt, want onze kamer is ondragelijk heet. We gaan op de stoelen voor onze kamer zitten en kijken Wie is de mol terug. Net als de vorige keer worden we weer afgeleid. Er lopen Agouti’s rond. Groot uitgevallen cavia’s.

Nog voor het donker lopen we naar het dorp toe om te gaan eten bij één van vele restaurantjes. Ook hier is het een drukte van belang. We zijn nog net op tijd om het laatste tafeltje te bemachtigen. Het dorp heeft veel Caribische invloeden en dat vind je ook terug op de menukaart. We kiezen voor visfilet op Caribische wijze en een vegetarische curry. Super lekker, maar waarom moeten die porties toch zo groot zijn? Zelfs zonder lunch krijg ik het nooit op. Volgens mij kom ik een paar kilo zwaarder weer terug in Nederland. De weg in dit dorp is onverhard en de bladeren langs de kant zijn bruin van al het stof. Op de terugweg razen de auto’s langs ons heen. Volgens mij ben ik nu net zo bruin geworden als de bladeren langs de weg. We gaan weer kikkers zoeken. Er zit een nieuw soort boomkikker in de lodge tuin. Als we onze zaklamp er op schijnen is die verdwenen. Wat jammer.
Om half acht zijn we terug op de kamer. Moe, maar we moeten nog een uurtje wakker blijven. Zal het nog gaan afkoelen? Ik kan het mij niet voorstellen.

Maandag 7 februari
Om half zes word ik wakker van de wekker. We willen graag de zonsopkomst op het strand zien. Hoe zou de temperatuur buiten zijn? Als ik het nu al zo warm heb, hoe kan ik dan de hitte van buiten verdragen? Het blijkt een verademing te zijn om buiten te komen. Is het echt zo fris? Ik roep wel 10 minuten hoe blij ik ben dat het buiten zo aangenaam is. De zon is net opgekomen en geeft prachtige kleuren. Het strand is pikzwart en nat. Het heeft na half 1 blijkbaar flink geregend vannacht. De muggen hebben we verruild voor zandvlooien. Beide geven jeuk! De voeten moeten natuurlijk even de zee voelen. Het water geeft nog net verkoeling. Absoluut niet koud. Het water van de zwembaden is vele malen kouder. Er zijn meer mensen die genieten van de vroege ochtend. Een rasta man staat in het water met zijn armen in de lucht. Heeft hij te veel gebruikt (dat doen ze hier veel) of is hij aan het mediteren? Dat laatste blijkt het geval te zijn. Er zijn meer mensen die allemaal spastische bewegingen maken op het strand. Vanaf het strand zien we een roofvogel in de boom zitten. Als we via de weg er naar toe lopen zien we ook nog een luiaard in de boom ervoor zitten. Zoals altijd is het niet veel meer dan een pluizenbol. Aan het eind van het strand keren we weer om en lopen via de weg terug. We komen langs een vervallen hotel waar Agouti’s lopen. Wat zijn ze toch lelijk. Dit hotel zou echt een goede locatie zijn voor Wie is de mol. Er is weinig meer van over. Alleen de bar is er nog. Je hebt hier ook weinig nodig om een bar te beginnen. Een fles Whiskey is voldoende. Bij de kamer aangekomen zien we nog een paar Black and Green Poison Dart Frogs. We hebben er nog nooit zoveel gezien.

Cahuita – Atlantida Lodge
Cahuita – Amerikaanse oeverloper – Spotted Sandpiper
Cahuita – Atlantida Lodge
Cahuita – Zwarte buizerd – Black Hawk

Het is zeven uur dus we schuiven aan bij het ontbijt. Er is niet zoveel haast dus het duurt wat lang voordat we geholpen worden. Het ontbijt stelt niet zoveel voor. We krijgen glibberige eieren er bij. Ik heb het voor mama verpest als ik zeg dat we ze lekker naar binnen kunnen slobberen. Ze heeft spontaan geen trek meer. Met een volle buik vertrekken we richting het dorp. We gaan het te voet verkennen. We komen langs een mooi, klein strand met een schommel. De uitzichten zijn echt prachtig. Ook zwarte stranden hebben zo hun charme. De zon schijnt volop waardoor de wandeling erg lang lijkt. Aanzienlijk langer dan gisteravond. Er is geen schaduw te bekennen, maar daar hebben we iets voor. Afgekeken van de locals. Een paraplu werkt niet alleen tegen de regen. Het beschermt ook tegen de zon. Heel langzaam. Stapje voor stapje komen we steeds verder. Ik zie een bijzondere vogel vliegen. Gekke vorm heeft die. Het is een Fregatvogel. Wat doet die hier? Is die verdwaald?
We nemen regelmatig pauze door op een muurtje te zitten in de schaduw. Even bijkomen. Er vliegt een grote groep pelikanen voorbij. Bij de ingang van het nationale park worden we door tig mensen aangesproken die onze gids willen zijn. Vandaag doen we het rustig aan en gaan we het park nog niet in. Bij het nationale park zien we wel een nachtreiger in de boom zitten.

Cahuita –

Het is nog vroeg en de ijssalon is nog gesloten. Dat is een tegenvallen. Ook de koffiebar is nog gesloten. We lopen verder naar het pinautomaat. We hebben Colones nodig. Net als vele anderen. Er staat een lange wachtrij. Veel mensen voor ons hebben problemen met de automaat en krijgen er niks uit. Zal het geld op zijn? Dat is hier geen uitzondering. Dat lijkt niet het geval, want wij hebben geld op zak. We brengen ook nog een bezoek aan de supermarkt voor wat nieuwe snacks. De eerste keer dat we uitgebreid de tijd nemen voor een bezoekje aan de supermarkt. Gelijk wat lekkere dingen gekocht om mee naar huis te nemen. Bij één van de restaurantjes die wel geopend is kopen we een smoothie. Er zijn zelfs wat kledingwinkeltjes in de dorpje. Kunnen we ook nog zeggen dat we geshopt hebben. Tegen het middaguur zijn we terug bij het hotel.

We informeren bij de receptie of onze nieuwe kamer al beschikbaar is. Gisteren hebben we duidelijk gemaakt dat we een andere kamer willen met meer ramen in de hoop dat het dan wat aangenamer is. Na wat pogingen is dat gelukt. Ze spreken hier niet zo best Engels. We hebben het voor elkaar gekregen dat we mogen verhuizen. De kamer is nog niet klaar. Ik ben moe en heb het bloedheet. Buiten op de stoelen en in de hangmat kan ik mijn draai niet vinden. Toch maar even op bed liggen. Ik val even in slaap en word wakker gemaakt door de receptioniste met het blijde nieuws dat we mogen verhuizen. Onze nieuwe kamer is zoveel beter. Het is er zoveel koeler. We hebben veel meer privacy, de badkamer is beter, het koffiezetapparaat werkt naar behoren, we hebben fatsoenlijke stopcontacten. Wat een verademing is dit. Ik verwacht dat we hier onze nachten veel beter door gaan komen. We verblijven ook niet meer naast de locals en hebben slechts aan één kant buren. Wij zijn helemaal euforisch. Eenmaal gesetteld ga ik naar het zwembad. Nog verder afkoelen. Het zwembadwater is heerlijk. De ligbedden zijn zwaar oncomfortabel. Net als alle stoelen in dit land is het één stuk, hard hout. Ik lees lekker in mijn boek. Wat is dit genieten. Vanaf het zwembad zie ik dat de brulapen boven onze kamer zitten. De rust is verdwenen. Ik wil ze vastleggen, want dat is nog niet gelukt. We nemen ook nog een kijkje bij de luiaard die we vanochtend gezien hebben. Het dier zit nog in dezelfde boom. Op een nieuw plekje. Het kan dus wel degelijk bewegen, maar nooit in ons bijzijn.

Om vijf uur gaan we weer naar het dorp om te eten. Ik denk dat we weer heel wat kilometers gelopen hebben vandaag. We eten nacho’s met kip een een salade. Het is vandaag echt heel erg rustig in vergelijking met gisteren. We vermaken ons met mensen kijken. Oude mannetjes spelen een potje domino o.i.d. en anderen lopen al stoned over straat. Er is van alles te zien. Donkere wolken komen aanzetten. Zouden we nog droog over kunnen komen? De paraplu is nu niet mee. De kleren moeten toch gewassen worden en al het stof moet ook van ons af, maar doorweekt wandelen is niet onze hobby. In de buurt van het zwembad gaan we nog op zoek naar kikkers. Ze zijn er hoor, maar niet het soort waar ik gelukkig van wordt. Vieze, dikke, grote kikkers kijken mij aan.
Droog overgekomen genieten we van de “koelte” van onze kamer. Het is nog steeds warm, maar niet ondragelijk. Vanmiddag hoorde ik nog een medewerker tegen een gast zeggen dat het hier ’s nachts koud word. Was dat maar zo! Blijkbaar ervaren de mensen dat hier wel zo.

Dinsdag 8 februari
Het was een stuk minder heet op de kamer. Ik heb iets beter geslapen. Het heeft enorm hard geregend en dat heeft mij wakker gehouden. Net als de vallende vruchten uit de boom. Onze kamer staat onder een boom met hele grote, paarse vruchten. Als ze op ons metalen dak vallen klinkt het alsof er een kanonskogel naar beneden komt. Ik zit nog steeds te wachten dat er een keer een vrucht door het dak heen valt. Wat een lawaai. Door de regen komen ze met grote aantallen naar beneden. Om de zoveel minuten schrik ik me rot. Toch is dit veel beter dan een oververhitte kamer.

Om half zes worden we wakker. Er liggen grote plassen. We worden begroet door de groen/zwarte kikker. De brulapen zitten in de boom en de agouti’s zijn ook al wakker. Dat is een hoop wildlife op de vroege ochtend. Om zeven uur zitten we aan het ontbijt dat we met tegenzin op eten. Geen idee wat het precies is, maar het smaakt gewoon niet. Om acht uur stappen we in de auto. We gaan met de auto naar het nationale park. Dat scheelt weer 1,5km heen en terug lopen door de brandende zon. Energie die we beter kunnen gebruiken. We maken eerst nog een uitstapje naar de plek waar de luiaard gezien is. De luiaard kan blijkbaar toch best snel verplaatsen, want hij is verdwenen. Voor onze neus vliegt een roofvogel langs met een groene prooi in zijn poten. Een paar minuten later komen we aan bij het park dat net geopend is. Het is er heerlijk rustig en nog niet te heet. De zon is verstopt achter de wolken. Ik heb hoge verwachtingen van dit park. Overal lees je dat er veel dieren te zien zijn. Mama is hier eerder geweest en is ook enorm enthousiast over dit park. Kan dat het waar maken? Zeker weten! We zijn nog maar net het park ingestapt en we zien al een hagedis en een Warbler. In de verte zitten de brulapen. Een paar meter voor ons loopt een gids in het park die we goed in de gaten houden. Overal waar zij stoppen gaan wij ook rondspeuren. Niet veel later zien we de eerste luiaard, en de tweede luiaard en de derde luiaard. De laatste zit vrij laag in een boom. Een zeldzaam moment breekt aan. De luiaard is aan het bewegen en eet wat blaadjes. Hoe ontzettend gaaf is dit. We nemen alle tijd om van dit moment te genieten. Het lijkt wel alsof het dier blind is. In slowmotion beweegt een poot op zoek naar een takje. Niet gericht op zoek, maar gewoon wat bewegen in de hoop een tak aan te raken. Het heeft wat pogingen nodig voordat de luiaard beet heeft. Dat moet met alle vier de poten gebeuren. Het ziet er heel grappig uit. Zijn kop beweegt net zo langzaam. Uiteindelijk komt het toch wat vooruit. Voor de eerste keer kunnen we ook goed de kop zien. Het is trouwens een drietenige luiaard. We speuren het hele gebied ook af op slangen. Die zou je hier relatief makkelijk kunnen zien. De gidsen bij de ingang doen alsof het een garantie is dat ze de Yellow Viper kunnen laten zien. In een zeer rustig tempo lopen we door dit mooie gebied. Vogels zien en horen we nauwelijks. Er zijn veel bankjes in het park waar ik een paar seconden op adem kan komen. Ook zonder zon is het benauwd en warm. Regelmatig maken we een uitstapje naar het strand. Dat is hier wit. Het strand is niet heel breed en ligt vol met boomstronken. De familie brulaap zit in de boom met allemaal kleintjes. Ik kan altijd uren naar ze kijken. Na 1,5km komen we uit bij een rivier waar een kaaiman op een paar meter afstand van ons zwemt. We hadden verwacht dat we vanwege de rivier niet verder konden. Via het strand kunnen we toch verder wandelen. Een groepje wasbeertjes komt ons tegemoet. We lopen nu veel meer over het strand. Op een boomstronk nemen we pauze. Een krab met dezelfde kleuren als het zand komt even uit zijn holletje om te kijken wie er zitten. Ik vind een paar mooie schelpen die ik mee neem. Tijd om terug te gaan. De wasbeertjes lopen telkens voor onze voeten. In een boom ligt er één te slapen. Hij wil een luiaard imiteren, want hij ligt met zijn rug op een tak. Met de poten omhoog. Het is een heel gek gezicht. Zouden we alle luiaards terug kunnen vinden? We hadden voor ons gevoel redelijk herkenbare punten waar ze zaten en toch kunnen we de meeste niet terug vinden. Hoe dichter we bij het startpunt komen hoe luider het gebrul van de apen. Een groot mannetje doet hard zijn best om van zich te laten horen. We kunnen hem echt zien schreeuwen. Om half twaalf verlaten wij het park waar we nog een mooie afsluiter krijgen. Twee reigers zitten bij het water.

Cahuita
Cahuita – Luiaard
Cahuita – Luiaard
Cahuita
Cahuita
Cahuita – wasbeertjes
Cahuita – NP
Cahuita – Yellow-crowned Nightheron – Geelkruin kwak juv
Cahuita – Yellow-crowned Nightheron – Geelkruin kwak juv

Het was echt prachtig en wat hebben wij veel dieren gezien. Er is vandaag veel meer levendigheid in het dorp. Er staan kraampjes bij de ingang van het park en de ijssalon is geopend. Dat hebben wij wel verdiend. We gaan voor tropische smaken. Dat verse fruit proef je goed. Daar kan Salute niet aan tippen. Nu we toch in het dorp zijn gaan we hier ook lunchen. We lopen naar het koffiebarretje dat gisteren gesloten was. Ook die is vandaag open. Het ziet er heel leuk uit. De cappuccino smaakt goed en we delen samen een wrap met groentes. Rond één uur zijn we terug op de kamer. Moe en voldaan. Tijd voor siësta. Elke keer als ik in slaap val komt er weer zo’n vrucht naar beneden zetten. De huishouding wil graag onze kamer schoonmaken dus wij hoepelen op. Het is wel zo prettig dat we nu niet meer in een zandbak lopen. Mama gaat bezig met de vogels determineren en ik ga naar het zwembad. Wat een heerlijkheid. Lekker afkoelen en verder lezen in mijn boek.
Om half zes gaan we uit eten bij het restaurant op aanraden van de buschauffeur. Als je aan de kust verblijft moet er ook vis gegeten worden. Wat geniet ik van de garnalen en de vis hier. Tijdens het eten maken we nieuwe plannen voor morgen. We kijken er nu al naar uit.

Woensdag 9 februari
Wat is het toch fijn als je een nacht kunt doorslapen. De regen en vallende vruchten lijken te wennen. Om half zes gaan we uit bed en maken ons klaar voor vertrek naar Puerto Viejo de Talamanca. Een stadje verderop waar we gaan ontbijten bij Bread & Chocolate. De mensen zijn hier vroege vogels dus het restaurant is al geopend vanaf half zeven. Een uur later zit het al helemaal vol. Blijkbaar een geliefde locatie en wij snappen dat wel. Mama neemt wentelteefjes met fruit en ik wafels met fruit. Jos zou dol zijn op het drankje dat ik heb. Limonade (wat echt limon ofwel citroen is) met gember. Mama trekt er hele bijzondere gezichten bij als ze er een slokje van neemt. De reis gaat verder naar het zuiden. Onze eindbestemming is Manzanillo waar we het gelijknamige nationale park gaan bezoeken. We zijn op slag verliefd op dit kleine dorpje. Het is heel idyllisch en komt regelrecht uit een vakantie brochure. De vissersbootjes liggen op het strand. De pelikanen scheren over het water. Het zand is fijn en geel van kleur. De palmbomen maken het helemaal compleet.

Cahuita – NP – Zwarte gier – Black Vulture
Manzanillo -Bruine pelikaan – Brown Pelican

Het park was al geopend vanaf half zeven. Dat is nog eens vroeg. Via de hangbrug steken we het water over waar we twee reigers zien. We lopen over een breed pad net naast het strand. Het strand is hier zoveel mooier dan bij Cahuita. Je leest vrij weinig over dit park waardoor we niet zo goed weten wat we kunnen verwachten. Er is een wandelpad, maar hoe lang? Dat moeten we zelf ontdekken. Volgens Google Maps zou je een rondwandeling kunnen maken, maar het informatiebord geeft één wandelpad aan. Al vrij snel komen we uit bij een uitzichtpunt. Een brug verbindt een rotsblok met het vaste land. Op het eilandje staan mooie palmbomen en het water is ontzettend helder. Zo helder dat we vanaf de kant een aantal vissen kunnen zien. Hele bijzondere. Dat scheelt ons weer een keer snorkelen. Vanaf het rotsblok hebben we zicht op een prachtig strand. We lopen de berg weer af en komen uit op zo’n mooi strandje dat helemaal voor onszelf is. We ploffen neer op een boomstam en vinden hele mooie schelpen. Sommige schelpen zij nog bewoond door krabben die rood en paars van kleur zijn. Het is echt genieten. We doen op deze manier heel wat strandjes aan. Om bij alle stranden te komen moeten we flinke heuvels over.

Manzanillo
Manzanillo
Manzanillo – uitzichtpunt
Manzanillo
Manzanillo
Manzanillo
Manzanillo

Het is vandaag een stuk warmer dan gisteren waardoor het een flinke uitdaging is. Het begint drukker te worden in het park en de meeste mensen lopen hier op slippers of blote voeten. Ik hou van blote voeten, maar heuvel op en af over boomstronken en stenen heen doe ik toch liever met mijn goede wandelschoenen aan. We twijfelen of we nog verder moeten gaan. Gaan we kijken of we een rondje kunnen maken of gaan we toch terug? We doen het eerste en lopen een heel stuk door het bos. Vogels zien we niet. Het is de dag van de insecten en vlinders. De meest rare sprinkhanen, gekleurde hagedissen en vliegen komen we tegen. De kikkers laten zich goed horen. We speuren alles af. Ik zie opeens iets knalroods. Een heel klein kikkertje. Een nieuw soort. De kikker zet zijn keel op en wacht netjes totdat wij een foto gemaakt hebben. Alleen dit was de klim al waard geweest. Langs het wandelpad zit een heel groot spinnenweb met een spin die angstaanjagend groot is. Toch is de spin ook wel een beetje mooi met zijn kleurtjes. Nu ik deze spin gespot heb ben ik er opeens van bewust dat er spinnen leven. Elke spin zie ik opeens. Help, dat zijn er wel heel veel en ze zijn allemaal zo groot. Hoe ben ik hier overal langs gelopen? Ik was te erg gefocust op het wandelpad. Lopen en om je heen kijken is vrijwel onmogelijk. We lopen en lopen, maar geen ander wandelpad te vinden. We keren om. De terugweg gaat een stuk sneller nu we door lopen en niet voor elk beestje en strand stoppen. Op één van de mooie stranden gaan we pauzeren. De schoenen mogen uit en ik ga lekker afkoelen in het water. Op weg naar het water trap ik bijna op een krab. Ze hebben ook zo’n goede schutkleur.

Manzanillo
Manzanillo
Manzanillo
Manzanillo
Manzanillo

Even heb ik spijt dat ik geen bikini aan heb, want ik zou nu al te graag een plons nemen in dit water. Rond het middaguur zijn we terug bij de auto. De hele parkeerplaats staat vol. Mannen en vrouwen proberen van alles te verkopen. Verse kokosnootsap en zelfgemaakte empanadas. Een man probeert ons ervan te overtuigen dat hij op onze auto gepast heeft en daarvoor geld krijgt. Daar denken wij heel anders over. We rijden gewoon weg zonder te betalen. Via een kennis hebben we een tip gekregen voor een lunchplek. Daar gaan we naar toe. We nemen weer een nieuw drankje met kokos, gember en kurkuma. Ook heel smakelijk. Het valt niet mee om wakker te blijven tijdens het eten. We hebben alweer veel kilometers gemaakt. Er stonden nog wat activiteiten op de planning, maar daar hebben we geen energie meer voor. De middag breng ik door aan het zwembad met mijn boek. Een zacht kussentje zou wel fijn zijn geweest. Ik heb geen kont meer over van die houten ligstoelen.

Donderdag 10 februari
Gisteren heb ik mama zover gekregen om met mij een ochtendduik te nemen in de zee. Ze heeft een zwempak mee, maar nog nooit gebruikt. Als je nu niet gaat zwemmen dan hoeft het nooit. Wat heeft ze een spijt van die belofte. Om half zeven lopen we naar de zee. Het water is lauw. Zelfs mama moet dit lekker vinden. Met haar teentjes stapt ze in het water en kijkt alsof het haar bijt. Dat valt toch reuze mee. Ik ga wat verder het water is terwijl zij op een afstand toe kijkt. Zullen we dan een poging wagen in het zwembad? We zijn niet eens de eerste mensen die gaan zwemmen. Eerst spoelen we al het zwarte zand weg onder de koude douche. Het water voelt nu veel warmer aan dan overdag als ik het bloedheet heb. Mama is positief verrast. Na 2,5 week er tegen op zien is ze dan toch over haar watervrees heen. Morgen nog een keer? Tegen de tijd dat we omgekleed zijn is het al zeven uur en schuiven we aan bij het ontbijt. De rijst met bonen en eieren slaan we over. Er blijft dan niet veel over, maar dat hindert niet.
Daarna volgt het project, de terugreis. We moeten alvast bedenken waar we ons willen laten testen, welk soort en hoe we dat in ons programma kunnen passen. Na lang wikken en wegen kiezen we ervoor om een PCR test in te plannen in Jaco op weg naar onze laatste overnachting. Voor de zekerheid doen we nog een zelftest om er zeker van te zijn dat we op dit moment geen Corona hebben. Zoals verwacht is het resultaat negatief. Laten we hopen dat het zo blijft totdat we in Nederland zijn. We hebben ook geen flauw idee hoe het hier is qua besmettingen en dat is wel zo prettig. Wij maken ons geen zorgen. De meeste ontmoetingen die we hebben zijn toch kort en alles gebeurt hier verder in de open lucht.

Opnieuw rijden we naar het zuiden om nog een aantal stranden te bezoeken. Het is een soort sightseeing tour geworden. We hebben drie verschillende stranden bezocht. Allemaal even mooi en allemaal even verschillend. Op het eerste strand loopt een groep regenwulpen rond. In Nederland vrij moeilijk waar te nemen. Dit strand is in een baai gelegen met rotsen verderop in de zee die de golven breken. Het water is zo ontzettend helder. Weinig golven waardoor het ideaal is om te zwemmen. Had ik toch maar weer…

Manzanillo -
Manzanillo – Regenwulp – Whimbrel
Manzanillo – Regenwulp – Whimbrel

We lopen een stukje over het strand met wuivende palmen. Het volgende strand is heel breed en heeft zoveel tinten blauw. De sandalen gaan uit en ik geniet van het frisse zeewater. Dat brede strand oversteken op blote voeten is wel een dingetje. Mijn voeten branden weg. Auw, auw, ik ren zo snel mogelijk naar de zee.
Het laatste strand is een stuk drukker. Je kunt er kajaks huren, er staan wat kraampjes met etenswaren en pipa fresca (verse kokosnoot). Het zand is heerlijk zacht. Er is ook een stukje mangrove en een rivier die uitmondt in de zee. Een paar mensen gaan met een gids het water op. Ze zien een luiaard en hij is ook nog zo vriendelijk om dat met ons te delen. Zo ontzettend aardig. In de auto luisteren we naar muziek. Blijkbaar hebben we een christelijke muziekzender gevonden. Opeens hoor ik een bekend nummer. Dit zingt de band Trinity ook. Het zal blijkbaar een bekend Spaans lied zijn. De bomen zijn hier ook christelijk. Er hangen bordjes op de bomen bij het strand waar op staat dat Jezus Heer is en nog iets waarvoor mijn Spaans te slecht is. We hebben ook geleerd dat coffee een afkorting is voor Christ Offers Forgivness For Everyone Everywhere. We zijn ook al heel wat kerken tegengekomen. De meeste zijn niet herkenbaar als kerk.

Manzanillo

Het is een uur of elf en we vallen om van de trek. We hebben een schaaltje met fruit op en dat is alles. We rijden naar de Gutsibus Bakery in Puerto Viejo de Talamanca waar we gaan brunchen. Ik moet zo nodig plassen, maar voor de zoveelste keer zijn de toiletten gesloten. Er is geen water aanwezig. Alsof mij dat uit maakt. Ik moet gewoon plassen. We krijgen een bord vol met broodjes belegd met aubergine en gedroogde ham. Zeer smakelijk. Vanuit de bakkerij spotten we allemaal vogels. Een havik zit in de boom, de fregatvogels vliegen hoog in de lucht en een groep pelikanen vliegt over. Na de opstartproblemen van vanochtend voel ik mij nu heel goed. Oké, we voelen ons wel vies en plakkerig. Een mix van zweet, zonnebrand, muggenspul en desinfecteertroep. Ik voel mij net zo’n vliegenrol die je op kan hangen waar al je vliegen aan vast kleven. Of een lolly die in het zand gevallen is. Het is een zeer onaangenaam gevoel. Hoe vaak en lang je ook doucht. Dat gevoel gaat niet weg.

Op naar de andere ingang van het Cahuita national park. Laten we hopen dat daar toiletten zijn. Wat een verademing als je eindelijk je blaas kunt legen. Wildplassen zit er hier niet echt in met enge spinnen, slangen en noem het maar op. Overigens had deze wc ook geen water.

Het wandelpad is hier verhoogd. We lopen over een soort brug. Het kan hier blijkbaar zo nat worden dat je hoog boven de grond moet lopen om droge voeten te houden. Afgelopen nacht is er geen regen gevallen en toch is de grond aardig nat. Het pad gaat door de jungle heen. Een totaal andere omgeving dan de ingang bij het dorp. Voor het eerst in een paar dagen horen we weer wat vogels fluiten. Ons oog valt op een hele bijzondere hagedis met een oranje kop en een lijf met zwart/witte vlekken.

Cahuita Parque Nacional

De brulapen moeten ook in de buurt zitten, maar ze laten zich niet zien. Het hele pad worden we vergezeld door de Manakin. Het lawaai is herkenbaar. Helaas laat die zich niet zien. Aan het eind van het pad komen we uit bij de zee.  Het is helemaal bewolkt en de magische sfeer van vanochtend op de stranden is hier niet te vinden. Als we naar links kijken is het net alsof er een natuurramp is geweest en alles vernield is. De andere kant op ziet het er beter uit, maar het blauw van het water is nu niet meer zichtbaar. Wat kan de zon een wereld van verschil maken. Naar het blijkt hebben we 2,5 kilometer gelopen en dat moeten we ook weer terug lopen. De Manakin is nu luid en duidelijk in onze buurt. Afgaande op het geluid lukt het ons om de vogel te spotten. Tussen alle takjes door kunnen we hem dan ook eindelijk vastleggen. Ze zijn wel met een stuk of drie aanwezig. Wij zijn intens blij. Wat een schitterende vogel. We worden uitgezwaaid door een neusbeertje.

Cahuita NP – White-collared Manakin – Witkraag manakin
Cahuita NP – White-collared Manakin – Witkraag manakin

Terug in Cahuita gaan we een ijsje scoren. Het is zowaar druk bij de ijssalon. De meeste mensen nemen een enorme hoorn met drie smaken. Volgens mij kun je dan niet eens genieten van je ijsje en ben je alleen maar als een malle aan het lebberen om te voorkomen dat het ijs over je vingers druipt om vervolgens op de grond te vallen. Zo dicht bij de ingang van het nationale park mag een bezoekje aan de brug niet ontbreken. Net voor de ingang is een rivier waar we al vaak wat gespot hebben. Het was een goed idee om nog even rond te kijken, want er blijkt een gevaarlijke slang in de boom te zitten.

Cahuita Parque Nacional
Cahuita Parque Nacional

Urenlang zitten wij elk stukje bos af te struinen. Zit dat beest gewoon in de boom zo goed als naast de ijssalon. We zien nu ook eindelijk de volwassen variant van de geelkruin kwak. Als we wegrijden zie ik ook nog een luiaard in de boom zitten. Opgekruld als een bolletje wol. Daar stoppen we niet meer voor. Het is al vier uur als we terug zijn bij onze kamer. Te laat om nog siësta te houden. Op bed afkoelen onder de ventilator is wel gelukt. Ik neem nog snel een douche. We gaan eten bij een heel klein restaurantje buiten het dorp. Het is weer goed dat we op tijd zijn gaan eten, want we hebben plaats genomen aan het laatste tafeltje. De porties zijn hier vaak groot en de eetlust is met dit warme weer niet zo groot. We delen daarom een gerecht. Kokoscurry met kip, groente en rijst.

Geplaatst in 2022-1 Costa Rica, 2022-1-F Cahuita - Atlantida Lodge | Reacties uitgeschakeld voor Cahuita

Turrialba

Vrijdag 11 februari
Er is veel regen gevallen en het is nog steeds bewolkt buiten. Het ziet er naar uit dat er nog veel meer regen gaat vallen. Zo lang het droog is spelen wij buiten. Voor de laatste keer maken we een strandwandeling. De zee is een stuk woester dan de andere dagen. Het zwarte zand is helemaal nat. De nevel hangt in de lucht. Het voelt daardoor een stuk warmer aan dan de afgelopen dagen. We hopen onderweg nog wat leuks te spotten. We nemen een kijkje bij de boom waar de luiaard in zat. Het blijkt een geliefde plek, want er zit weer een luiaard. Misschien wel dezelfde, maar er staat geen naam op zijn hoofd. Ook als dat wel zo was konden we die nog niet aflezen, want het koppie zat verstopt. Ik vang een kleine glimp op van een snuit en loop om de boom heen om er meer van op te vangen. Loop ik bijna tegen een luiaard aan in de boom er naast. De meest actieve luiaard die we ooit gezien hebben. De honger is nogal groot en de boom heeft nogal weinig blad. Hij moet er dus veel moeite voor doen. Slim is die niet. Gaat hij aan de dunste takjes van de bomen hangen. Elke keer breekt er een stuk af. Nog even en de luiaard ligt op de grond te spartelen. Gelukkig heeft hij het op tijd door en zoekt hij een beter plekje op. Na twintig minuten te hebben genoten gaan we terug naar het hotel. Anders vallen wij om van de honger. Met tegenzin eten we het ontbijt bij het hotel. De toast is zo droog dat ik het amper mijn strot door krijg. Voordat we afscheid nemen van Cahuita gaan we nog één keer kijken bij de ingang van het park. Na zo’n mooie ochtend met de luiaard hadden we natuurlijk ook niet meer mogen wensen. We zien helemaal niks.

Cahuita
Cahuita
Cahuita
Cahuita
Cahuita

Om negen uur vertrekken we richting Turrialba. Het eerste stuk is mooi langs het strand. We steken heel wat rivieren over. Bruggen aanleggen is blijkbaar nogal lastig dus bijna alle bruggen hebben slechts één rijbaan. Om de haverklap sta je dus stil om te wachten totdat je de brug over kunt steken. De dreigende wolken maken de omgeving niet minder mooi. Vanaf Limon is de weg weer saai met alle wegwerkzaamheden. Het begint ook enorm te regenen. We rijden de bergen in met beperkt zicht. De uitzichten zouden prachtig kunnen zijn. Een paar kilometer later sluiten we aan in de rij vanwege de wegwerkzaamheden. Eén kant van de weg is afgesloten. Wat zijn wij dan weer ongeduldige Hollanders. Af en toe komt er een auto van de andere kant. Wanneer mogen wij dan? Na elke auto die passeert wordt er weer een pion neergezet. Stel je voor dat we zouden denken dat we mogen gaan rijden. Ruim een kwartier later mogen wij weer verder. De weg gaat steil de berg op. Met de nodige vrachtwagens voor ons gaat dat tergend langzaam. Soms rijden we maar 10km per uur. Je zou ze bijna een duwtje willen geven. Bij een kleine Soda onderweg gaan we pauze hadden. Het is hier bijna koud in vergelijking met Cahuita. Mama begint gelijk te piepen dat ze te zomers gekleed is en haalt al bijna haar koffer overhoop op zoek naar die lekkere warme fleecevest. Ik kom net weer tot leven met deze aangename temperatuur. We kijken uit over een visvijver waar een grote ijsvogel zit.

Onderweg naar Turrialba

We nemen een kop koffie en krijgen een enorme sloot. Drinken zullen we. Mijn koffie ziet er uit als kinderkoffie. Het blijkt mee te vallen. Er zat een soort schuimlaagje op. Er drijven ook soort klontjes in de melk. Het ziet er een beetje geel uit en smaakt zoetig. Hebben ze net de koe gemolken en heb ik biest gekregen? Ik heb geen idee wat het is. Misschien maar beter ook.

We slingeren verder door de bergen. Net voor ons hotel zit een afslag naar een restaurantje waar wij willen lunchen. Het is nogal onduidelijk aangegeven en het lijkt alsof we een weg in gaan dat leidt naar een bedrijf/fabriek. We melden ons bij een mannetje die een slagboom voor ons moet openen. Een zwaar bewaakt terrein. Als het eindelijk duidelijk is dat we naar het restaurant willen worden we toegelaten. We parkeren de auto bij de stallen en lopen naar het restaurantje. Het ziet er heel leuk uit, maar zo komt hier toch nooit iemand. Niet heel gek dat we de enige gasten zijn. Ze hebben Arepa’s op het menu staan. Nog nooit gegeten. Voor alles is een eerste keer. Het lijkt een soort pitabroodje die je kunt vullen met van alles en nog wat. Ik kies voor de tonijn en mama voor kip met avocado. Er moet wel eerst gecheckt worden of er wel avocado is en tonijn. Het is ook zo druk dat de hele voorraad opeens op kan zijn. We hebben geluk dat de gekozen gerechten ook gemaakt kunnen worden. Met twee man staan ze in de keuken onze Arepa’s klaar te maken. Dat duurt mij toch lang. Ik denk dat de mais nog geplukt moet worden en de vis gefileerd moet worden. Het wachten wordt beloond met een heerlijke maaltijd. Met een volle buik gaan we naar het hotel dat een paar honderd meter verderop gelegen is.

We verblijven in een hotel waar we in 2018 ook verbleven hebben. Zal het nog net zo zijn als wij ons herinneren? Het inchecken verloopt wat moeizaam. Voor alles is vandaag een flink portie geduld nodig en dat is nou net iets wat wij niet bezitten. Het hotel is klein met een stuk of 15 kamers en wij verblijven precies in dezelfde kamer als vier jaar geleden. In die vier jaar tijd is er ook niks aan veranderd. De zon breekt langzaam door en de wolken trekken op. We hebben prachtig uitzicht over de vallei waar allemaal bomen staan met oranje bloesem.

Turrialba – Turrialtico Lodge
Turrialba – Turrialtico Lodge
Turrialba – Turrialtico Lodge – Zomer tangare juveniel – Summer Tanager

De vogels laten weinig van zich horen. We rusten even uit op de kamer en maken plannen voor morgen. Daarvoor moeten we iets reserveren en dat gaat nog niet zo makkelijk, maar het is uiteindelijk gelukt. Bij het restaurant zagen wij mensen cheese cake eten. Dat lusten wij ook wel. De rest van de middag hangen we in het restaurant. Ik lees mijn boek. Mama is bezig met de foto’s en af en toe zien we iets voorbij vliegen. Trek hebben we nauwelijks naar onze grote lunch en taartje. We delen een visgerecht. Ik heb het gevoel dat de medewerkster van het restaurant de hele tijd al zit te wachten totdat we gaan eten zodat ze wat mag doen en dan bestellen we ook nauwelijks wat. Haar grootste taak is het schoonhouden van het restaurant. Er lopen hier wel 5 honden rond en een aantal katten. De honden luisteren niet en vinden elke stoel een prachtige kans om hun territorium af te bakenen met urine. Met de plantenspuit probeert ze de honden weg te jagen. Het maakt weinig indruk. Wij gaan met de kippen op stok. Om half zeven willen we morgen al in de auto zitten.

Zaterdag 12 februari
Voor het eerst hebben we een nacht geslapen zonder ventilator. Er moest zelfs een deken over ons heen. Dat is wel heerlijk na de afgelopen vijf nachten die bloedheet waren. Vanwege Corona is er ’s nachts een rijverbod en daar genieten wij enorm van. De vrachtwagens hoor je hier erg goed. Het maakt een behoorlijk kabaal om de berg op te komen. Tot vijf uur ’s ochtends is het nu heerlijk rustig. Om zes uur zijn wij klaar voor vertrek. Het is een prachtige dag. De zon komt op en verlicht de vallei waar we op uit kijken. Het is 15 kilometer rijden naar Rancho Naturalista waar wij vandaag gaan vogelen. Het is een birding lodge waar je grof geld voor moet betalen om er te mogen overnachten. Dat hebben wij er niet voor over. We moeten wel toegang betalen om gebruik te mogen maken van de wandelpaden en het observatiebalkon. De weg gaat eerst flink de berg af waar we afslaan. Zodra je de “grote” weg verlaat is het wegdek een gatenkaas. We slalommen over de weg om de grootste kuilen te vermijden. Het is weekend en toch is het om kwart over zes al levendig op straat. De mensen hier zijn allemaal vroege vogels. Nu verwacht ik dat de meeste mensen net zulke slechte gordijnen hebben als in onze kamer. Dan kan het ook niet anders dan dat je wakker wordt zodra het licht is. Dat is al voor zes uur. De weg gaat verder langs suikerriet- en koffieplantages. De laatste 1,3 kilometer gaan we een onverharde weg op. Dat wisten we, maar dat deze weg een attractie zou zijn wisten we niet. De weg is heel smal en gaat steil de berg op. Af en toe zijn er twee banen van beton, maar het grootste gedeelte van de weg is hobbel, kuil, steen. Bedenk daarbij een heleboel haarspeldbochten, wat glibberige stenen, modder, losliggende stenen. We hebben een goede auto en toch is het een hele uitdaging om boven te komen. Op deze manier is 1,3 kilometer een heel eind rijden. Als je hier verblijft ga je pas terug naar beneden als je het hotel verlaat. Dit ga je niet voor je plezier rijden. Mama is de chauffeur vandaag en brengt ons veilig boven. Wat een goede stuurmanskunsten. We hebben het gehaald. We hebben al heel wat onverharde kilometers er op zitten maar dit was het slechtste wegdek wat wij meegemaakt hebben. Dat we om half zeven al zoveel adrenaline zouden ervaren vanwege de weg naar de lodge toe hadden we niet verwacht.

We zijn nog iets te vroeg voor het ontbijt. Dat geeft ons de tijd om alvast bij het vogel balkon te kijken. Het is overdekt en er staan lekkere stoelen. Je kunt er koffie en thee zetten. Een heerlijke plek om uren door te brengen. Er hangen een aantal hummingbird feeders waar de vogeltjes al op af komen. Je kunt mij gerust een hele dag neerzetten bij kolibries. Ze vliegen je om de oren. De vleugels maken best veel geluid en je voelt de wind die ze verplaatsen. Voor het restaurant staan ook allemaal boomstammen met fruit en voor het eerst is er ook iets van zaad gestrooid. Dat trekt hele andere vogels aan. Helaas is het vrij rustig en komen alleen de Chachalaca’s ontbijten.

Turrialba – Rancho Naturalista – Zwartkuifkoket koliebrie – Black-crested Coquette
Turrialba – Rancho Naturalista – Groefsnavel ani – Groove-billed Ani
Turrialba – Rancho Naturalista – Paarskroon bosnimf – Crowned Woodnymph
Turrialba – Rancho Naturalista – Witnek kolibrie – White-necked Jacobin
Turrialba – Rancho Naturalista – Groenkruin briljantkolibrie – Green-crowned Brilliant
Turrialba – Rancho Naturalista – Groenborst mango – Green-breasted Mango
Turrialba – Rancho Naturalista – Kroonbosnimf – Crowned-Woodnymph
Turrialba – Rancho Naturalista – Witnek kolibrie – White-necked Jacobin
Turrialba – Rancho Naturalista – Witnek kolibrie – White-necked Jacobin
Turrialba – Rancho Naturalista – Groenborst mango – Green-breasted Mango
Turrialba – Rancho Naturalista – Groenborst mango – Green-breasted Mango
Turrialba – Rancho Naturalista – Witnek kolibrie vrouwtje – White-necked Jacobin

Ons ontbijt bestaat uit het standaard verhaal van rijst met bonen, verrukkelijke bakbanaan en toast. Het is lekker, maar wij snappen nog steeds niet waarom dit zo duur zou moeten zijn. Er is weinig luxe aan. We krijgen zelfs maar twee piepkleine stukjes watermeloen. Dat is al het fruit voor vandaag. De vogels hebben het beter voor elkaar. De mensen zijn erg behulpzaam en geven ons veel informatie over waar we moeten zijn om welke vogel te kunnen spotten. We krijgen ook nog een uitgebreide beschrijving waar we in een dorp verderop de Sunbittern zouden kunnen zien. Een vogel die nog hoog op ons lijstje staat. Ik doe goed mijn best om alles te onthouden. We nemen eerst nog even de tijd om uit te buiken van het ontbijt en de kolibries vast te leggen. Dat lukt best goed als ze stilzitten op een takje. Het begint te kriebelen om ook de rest van het terrein te verkennen. Met de plattegrond op zak zoeken we onze weg naar de badderplaats voor de kolibries. Het is volgens de kaart een kort stukje. Wat er niet bij staat is dat je daarbij net zo steil de berg af gaat als dat we met de auto de berg op zijn gekomen. Het zijn flinke afstappen. Veel te groot voor mijn korte pootjes. Er is een zitplaats gemaakt van waar je zicht hebt op een stroompje. Of beter gezegd wat waterplasjes. Daar komen de kleine vogeltjes badderen. Ik wist niet eens dat kolibries ook dol waren op een bad. Een gekleurde flits duikt wat in het water. Een grappig gezicht, maar met geen mogelijkheid op beeld te krijgen. Het badderen duurt ook maar één seconde.

We gaan verder door de jungle op zoek naar de forest feeders. Midden in de bos is een mooie plek gemaakt. Helaas zijn er geen feeders te bekennen. Erg jammer. We zijn alweer flink de heuvel opgelopen. Omdraaien is jammer dus we lopen verder en maken er een rondwandeling van. Dat bleek een goed idee te zijn. We verlaten het bos en lopen een weiland in. Er staan twee heren met telescoop en camera op iets gericht. Wat zullen zij zien? Ze vertellen welke vogel er zojuist is weg gevlogen. Er gaat niet direct een lampje branden. Een minuut later roept de gids enthousiast dat de vogel weer terug gekomen is. Wij mogen door de telescoop kijken en zien een blauwe vogel. Nu weten we gelijk welke vogel het is. Wij zien alleen de achterkant waardoor de prachtige roze kleur die de vogel ook heeft niet zichtbaar is. We hebben als bewijs een blauw stipje op de foto gezet. De man geeft ons verdere instructies over hoe we weer terug bij de lodge komen en waar we mogelijk een nieuw soort Manakin kunnen waarnemen.

Gisteren dachten we nog dat het hier koud zou zijn. Dus wij hebben ons goed aangekleed. Lange broek aan, vest mee. We branden om half negen al uit onze kleren. We lopen het pad in waar de Manakin vaak gezien wordt. We horen hem wel, maar hij laat zich niet zien. We zien wel veel vogeltjes voorbij schieten. Een muisspecht laat zich goed zien. Die hebben we nog niet zo heel vaak gespot en er zijn tig soorten van. Dat wordt weer een hele uitdaging om uit te zoeken welk soort dit was. Vanaf tien uur zou je bij Rancho Bajo een aantal bijzondere kolibries kunnen zien. Je moet daarvoor een stuk de berg aflopen wat we ook met de auto gereden hebben. Onze benen mogen ook nog even ervaren dat het toch echt wel heel erg steil de berg af is. Het zou een minuut of 15 lopen zijn. Ja, als je de berg af rolt ben je snel beneden. Volgens mij heb ik wel driekwartier nodig om straks weer die berg op te komen. Die kolibries moeten nu wel komen opdagen. Dan kunnen we tenminste zeggen dat het de moeite waard was. De verbena plantjes zijn gevonden. Daar zijn ze dol op. Niet veel later spot de ik Snowcap. Een knalroze kolibrie met een wit kapje. Ontzettend mooi en op heel weinig plekken in Costa Rica waar te nemen. Het is één van de kleinste vogeltjes ter wereld. De coquet kolibrie komt ook nog een keer voorbij. Wat een mooie kuif heeft hij toch. Het was zeker de moeite waard om hier naar toe te wandelen.

Turrialba – Rancho Nataralisto – Snowcap

Nu moeten we weer terug, want om twaalf uur staat de lunch al voor ons klaar. Heel langzaam lopen we de berg weer op. Yes, we zijn boven gekomen. We hebben nog tijd over om nog even op het balkon te kijken. De lunch bestaat uit salade, tosti, tomatensoep en een brownie. We krijgen een groot glas met sap en koffie na. Zo krijgen we voldoende vocht binnen. De energie is op. We ploffen neer op het balkon waar we proberen bij te komen van deze mooie en intensieve ochtend. Om één uur stappen we op en gaan de berg weer af. Dat gaat makkelijker. Een goede rem is wel een vereiste.

We gaan kijken of we goed geluisterd hebben naar de vrouw die vertelde waar we de Sunbittern kunnen zien. Op zoek naar de school in het dorp. Daar voorbij moet ergens een voetbalveld zijn en dan moeten we op zoek naar een brug die bij de suikermolen gelegen is. We parkeren de auto en speuren het water af. De medewerkers van de suikermolen zijn net vrij en kijken ons vol belangstelling aan. Ze begroeten ons allemaal zeer vriendelijk. Met mijn verrekijker valt mijn oog op iets grijs dat beweegt. Ik kan het nog niet goed zien en toch weet ik al zeker dat dit de Sunbittern moet zijn. De vogel zit er gewoon. We waren moe, maar de adrenaline houd ons nu wel op de been. Hoe gaaf dat de vogel zich houd aan de beschrijving. We willen wat dichterbij komen. Net op dat moment gaat het beest er vandoor. In geen velden of wegen meer te vinden. Dat is jammer, want we hebben zijn mooie vleugels nog niet kunnen bewonderen. Toch zijn we al heel blij met wat we gezien hebben. We gaan terug en stoppen nog een keer bij de brug bij de school. Deze brug is gelegen aan de doorgaande weg. Pura Vida, geen probleem om midden op de brug te staan. Iedereen gaat netjes langs ons heen en begroet ons met een glimlach. Blijkbaar komen hier nauwelijks toeristen. Het hele dorp loopt uit om te kijken wat die twee gekke vrouwen toch bij de brug doen. De Sunbittern heeft zich blijkbaar verplaats naar deze kant. Langzaam maar zeker komt de vogel dichterbij. We hebben geen haast dus we blijven een hele tijd staan. Net zo lang totdat we de prachtige vleugels gezien hebben. Wat een plaatje. Af en toe moeten we de brug af vanwege passerende vrachtwagens. De brug is nogal smal. We hebben enorm genoten van deze mooie vogel en het lijkt er op dat we ook nog mooie foto’s hebben kunnen maken. Als we zeker een half uur verder zijn is het tijd om terug te gaan.

Turrialba – Rancho Naturalista – Zonneral – Sunbittern
Turrialba – Rancho Naturalista – Zonneral – Sunbittern
Turrialba – Rancho Naturalista – Zonneral – Sunbittern

De rest van de middag doen we helemaal niks meer. We drinken een lekker drankje en zoeken uit wat we allemaal gezien hebben. Een heel aantal nieuwe soorten gezien vandaag. Om half zes vallen we om van de trek. Tijdens het eten krijgen we een voorstelling van de huiskat die aan het spelen is met een gecko. Ik doe toch maar even mijn voeten omhoog voor het geval dat de gecko mijn kant op rent. Wat een beestenboel. De combinatie van restaurant en alle beesten bevalt ons niet zo goed. Elke minuut zit er een andere hond aan je tafel zielig te kijken in de hoop wat eten te krijgen. Het is een goede keuze geweest om een uitstapje te maken naar Rancho Naturalisto. Leuk voor een dagje, maar de hele hype begrijpen wij niet zo goed. Ons hotel is net zo mooi gelegen.

Geplaatst in 2022-1 Costa Rica, 2022-1-G Turrialba - Turrialtico Lodge | Reacties uitgeschakeld voor Turrialba

San Gerardo de Dota

Zondag 13 februari

We slapen uit tot zes uur. In de vallei hangt een grote wolk. Wij steken er boven uit en kunnen de bergen verderop zien. De mist komt met vlagen voorbij en maakt het behoorlijk koud. Elke minuut veranderd het uitzicht en de wolken trekken steeds verder omhoog. Tegen de tijd dat we vertrekken is het helemaal helder. De kans dat je het hier helder weer treft is niet zo heel groot. Mijn maag rammelt alweer en dan duurt het nog wel lang voordat het zeven uur is. Stipt zeven uur zitten wij dan ook aan tafel. Laat het personeel maar komen. Mama is bezig op de laptop waardoor het personeel denkt dat we nog niet willen ontbijten. Als ze dat even komt checken maak ik nogal sterk duidelijk dat ik NU wil ontbijten. We moeten er hard om lachen. Ik kies voor het traditionele ontbijt en mama gaat voor toast. Ze krijgt het ontbijt hier niet zo goed weg. Ze smacht naar een boterham met chocopasta. Ik heb ook wel zin aan een broodje pindakaas. Tijdens het ontbijt zien we verschillende keren de Masked Tityra voorbij vliegen. Stil zitten is niet de hobby van deze vogel waardoor we elke keer te laat zijn voor een goede foto. Net als we weg willen zien we parkieten achter ons huisje. Het kost ons wat moeite om daar te komen, maar het is gelukt. We hebben een nieuw soort parkiet gezien met groen en blauw. Wauw, wat een mooie afsluiting van deze locatie. Gek genoeg krijgen we bijna altijd de mooiste dingen te zien op het moment dat we willen vertrekken.

Turrialba – Turrialtico Lodge een nieuwe ochtend en het dal zit vol nevel
Turrialba – Turrialtico – Roodkopgier – Turkey Vulture
Turrialba – Turrialtico Lodge – Gestreepte helmspecht – Lineated Woodpecker
Turrialba – Turrialtico Lodge – Witkopmargrietje – White-crowned Parrot
Turrialba – Turrialtico Lodge – Witkopmargrietje – White-crowned Parrot

Vandaag moeten we een uur of drie rijden door de bergen. Deze route hebben we in 2018 ook al gereden. Er is ook niet zoveel keuze aan wegen in dit land. De kans is zeer groot dat je dezelfde wegen rijdt. Dit is wel één van de mooiste wegen van het land. Wat ons niet bij staat zijn de enorme akkers met suikerriet. Dat kun je ook echt niet over het hoofd zien. Ze zijn nu ook al begonnen met het oogsten. Mogelijk is alles gekortwiekt als je later in het jaar komt.

Onderweg naar San Gerardo de Dota
Onderweg naar San Gerardo de Dota

We hebben het niet zo gepland, maar het komt erg goed uit dat we op zondag reizen. Er zijn nauwelijks vrachtwagens op de weg. Zo kunnen we tenminste met een fatsoenlijke snelheid de berg op komen. Er zijn wel heel veel fietsers/wielrenners. Volgens mij is het de nationale dag van de fietsers. Of de nationale wielerronde. Geen idee wat het is ,maar het is behoorlijk slalommen. Dat gaat wel een stuk beter dan vrachtwagens inhalen met al die bochten. Het is berg op en af met de nodige haarspeldbochten. Bij de restaurants is het druk met veel motoren. We moeten door een grote stad en dat is even goed opletten. Daarna is het alleen maar berg op. De weg is in uitstekende staat. Alsof het onlangs opnieuw geasfalteerd in. Kun je eindelijk een keer doorrijden staan er overal borden dat ik maar 40 of 50 mag rijden. Wat een onzin. Als je berg af gaat is dat uberhaupt onmogelijk. Net als de Costa Ricanen kies ik zelf de snelheid die ik veilig vind. Voor de meeste mensen is dat nog veel te langzaam. Als ze geen haast hebben en het Pura Vida is dan kun je ook rustig met 20 kilometer per uur rijden. Het is maar net waar je zin aan hebt.

Om half elf komen we aan bij Paraiso Quetzal Lodge. Een hotel waar ik graag naar toe wil vanwege de hummingbird feeders. Het is gelegen op 2700 meter hoogte. Als we uitstappen is het ook even wennen dat het zo fris is. In het restaurant knapperd een haardvuurtje. Het valt niet mee om eerst rustig te genieten van ons fruitsapje met als uitzicht tientallen kolibries. We verkassen naar buiten en zien vele nieuw soorten. Er is ook een kolibrie die bijna alle kleuren van de regenboog heeft. Het is maar net hoe het licht er op valt welke kleuren het heeft. Prachtig, en bijna onmogelijk om vast te leggen hoe schitterend die is. We vermaken ons zeker een uur tussen al dit moois. Sommigen zijn piepklein met 7,5cm van snavel tot staart. Anderen hebben een snavel die alleen al bijna 7,5cm is.

Onderweg naar San Gerardo de Dota
Paraiso Quetzal Lodge – Mexicaanse violetoor kolibrie – Green Violetear
Paraiso Quetzal Lodge – Rivolis kolibrie – Magnificent Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Rivolis kolibrie vrouwtje – Magnificent Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Mexicaanse violetoor kolibrie – Green Violetear
Paraiso Quetzal Lodge – Irazu kolibrie – Fiery-throated Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Irazu kolibrie – Fiery-throated Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Irazu kolibrie – Fiery-throated Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge
Paraiso Quetzal Lodge – Vulkaan kolibrie vrouwtje – Volcano Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Irazu kolibrie – Fiery-throated Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Paarskop kolibrie – Violet-headed Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Paarskop kolibrie – Violet-headed Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Purperkeel juweel kolibrie – Purple-throated Mountain-gem
Paraiso Quetzal Lodge – Paarskop kolibrie – Violet-headed Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Purperkeel juweel kolibrie – Purple-throated Mountain-gem
Paraiso Quetzal Lodge – Purperkeel juweel kolibrie – Purple-throated Mountain-gem
Paraiso Quetzal Lodge – Irazu kolibrie – Fiery-throated Hummingbird
Paraiso Quetzal Lodge – Vulkaan kolibrie vrouwtje – Volcano Hummingbird

Rond twaalf uur begint het opeens dicht te trekken. Wat hebben wij weer enorm geluk gehad met het weer. Tijd om te gaan lunchen. Er is nog net een tafel beschikbaar. Wat een drukte zeg. Er staat bakbanaan met kaas uit de oven op het menu. Dat moet ik proberen. Ik ben dol op bakbanaan. Het wachten duurt eindeloos. Er zijn diverse groepen en de volgorde qua serveren is voor ons Nederlanders nogal onlogisch. Wat zijn wij dan snel ongeduldig. Ruim een half uur later komt er wat op tafel. Mijn banaan ziet er niet aantrekkelijk uit, maar wat is dit verschrikkelijk lekker. Geen idee waarom dit kaas heet. Het lijkt eerder op karamel. Volgens mij had dit gerecht op de dessertkaart moeten staan. Ik heb een nieuw favoriet gerecht in Costa Rica. Ook de sandwich is heerlijk. Dit was het lange wachten wel waard.

Het is nog 20km rijden naar ons hotel waarvan 10km onverhard en steil de berg af. De weg is smal en in zeer slechte staat. Althans, dat is wat ons bij staat. Als we de weg inrijden zien we asfalt. Wat is dit? Na een paar kilometer komen de eerste gaten. Het wegdek was niet zo goed dus hele meters zijn eruit gefreesd zodat ze er ooit nieuw asfalt in kunnen storten. De weg is nog steeds smal, met veel haardspeldbochten waar je liever geen tegenliggers tegen komt. Het nadeel van de zondag is dat het overal heel druk is met locals die hun eigen land ontdekken. Zo ook in dit afgelegen bergdorpje. Er komt behoorlijk veel verkeer naar boven. Elke keer op het juiste plekje dat we elkaar kunnen passeren. Bij Café Miriam gaan we een kopje thee drinken. Niet dat we per se zo’n dorst hebben. Het is een geweldige vogelplek. Het stikt er van de vogels. Waar moeten we kijken? Er zijn ook zoveel nieuwe soorten. In de bergen leven hele andere soorten dan de plekken waar we eerder geweest zijn. We kijken onze ogen uit.

San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Paarskop kolibrie – Violet=headed Hummingbird
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Bloed tangare – Flame-colored Tanager
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Paarskop kolibrie – Violet-headed Hummingbird
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Eikelspecht – Acorn Woodpecker
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Grootpoot struikgors – Large-footed Finch
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Mexicaanse violetoor kolibrie – Green Violetear
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Witbrauwtangare – Sooty-capped Chlorospingus
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Bloed tangare – Flame-colored Tanager
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Vuurkeelzanger – Flame-throated Warbler
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Bloed tangare vrouwtje – Flame-colored Tanager
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Paarskop kolibrie – Violet-headed Hummingbird
San Gerardo de Dota – Miriam’s Quetzals – Wilsons zanger – Wilsons Warbler

Nu moeten we echt verder naar onze eindbestemming, want daar moet het ook heel mooi zijn. De weg wordt nu wat slechter. Het asfalt wordt nu gravel met wat meer hobbels en gaten. Het is weer passen en meten met de tegenliggers. Na de weg van gisteren valt alles mee en is deze weg een makkie. In onze herinnering was de weg echt slecht. Misschien hebben we inmiddels ook veel meer ervaring met onverharde wegen. Ook bij ons hotel is het druk. We checken in en moeten met de auto naar onze kamer. Deze weg is er veel slechter aan toe. Als je hier een tegenligger tegen komt ben je echt de pineut. De kamer is groot met een zithoek en een verwarming. Die gaan we mogelijk nog wel nodig hebben. Al is het nu verrassend warm in de zon. We maken een bakje koffie en drinken die op voor onze kamer terwijl het begint te miezeren.

San Gerardo de Dota – Savegre Hotel
San Gerardo de Dota – Bij Savegre Hotel

We verblijven helemaal achteraan op het terrein en maken een rondje om het te verkennen. Dat wordt weer heel wat meters lopen om te gaan ontbijten en avondeten. Zodra de zon onder is word het koud. Iedereen zit te koukleumen in het restaurant. Mensen zitten met jas aan. Er is één heater aan. Daar gaan wij naast zitten. De rijst met bonen begint zo langzaam wel onze neus uit te komen. Tijd voor afwisseling. Er staat pasta op de kaart en dat blijkt een goede keuze te zijn. Op de kamer doen we nog even de verwarming aan voordat we gaan slapen. We gaan straks lekker diep onder de dekens kruipen.

Maandag 14 februari
Wat ligt dat toch heerlijk onder de dikke, warme dekens. Ik heb nog niet uit het raam gekeken en toch weet ik al dat het waait. Even krijgen we het gevoel dat we in Nederland zijn. Zullen we gewoon blijven liggen en wachten op mooi weer? Dat is natuurlijk geen optie. Het is buiten het bed zo enorm koud. Snel de sokken en fleece aan en dan zo snel mogelijk aankleden met zoveel mogelijk laagjes kleding. Het is hooguit tien graden. Wat vreselijk koud. Waarom wilden we ook alweer naar de bergen? We zijn nog te vroeg voor het ontbijt en hopen nog wat vogels te spotten. Het lijkt er op dat de vogels de kou ook niet waarderen. Er is weinig te zien. Helemaal verkleumd komen we aan in het restaurant waar het ook koud is. We warmen ons op aan een kopje koffie. Helaas is er geen buffet en krijgen we een kaart met gerechten waar we uit kunnen kiezen. Ik ga voor de wafels. Een verkeerde keuze. Het zijn Belgische wafels die voor 90% uit suiker bestaan. Gatsie wat is dat smerig. Gelukkig hebben we ook bakbanaan besteld, er is fruit en vers brood met jam. Verhongeren doen we niet.

Na het ontbijt gaan we gelijk door naar Batsu Gardens. Een plek in de bergen speciaal aangelegd voor het observeren en fotograferen van vogels. Volgens de receptioniste van het hotel een klein stukje wandelen. Prima te doen. Als we dat niet zien zitten kunnen we ook met de auto. Volgens Google is het 10 minuten lopen als het vlak terrein is. Wij weten van de vorige keer nog dat het behoorlijk boven op een berg ligt. Dat het de auto wordt is al snel duidelijk. We gebruiken onze energie liever voor andere dingen. Wat er niet bij verteld werd is hoe de weg er bij ligt. Een onverharde weg, steil de bult op met geen mogelijkheden om tegemoet komende auto’s te passeren. Deze weg is echt niet geschikt voor elke auto. Het is mama wederom gelukt om boven te komen, maar het parkeren is wel een beetje eng. Ze denkt dat ze naast de afgrond parkeert en dat vindt ze heel eng. Ik kom niet meer bij van het lachen want ze zit nog niet eens in de buurt van de afgrond en mama denkt dat we met één wiel er al af liggen. Alle andere gasten worden hier naartoe gebracht met een golfkarretje. Er is geen enkele gek die het in zijn hoofd haalt om hier naar toe te lopen. Dan heb je al drie uur nodig om alleen maar bij te komen van de tocht naar boven.
De zon schijnt al volop en we warmen ons op in de zon. Alle laagjes kleding kunnen weer uit. Het is een heerlijke plek om te zitten. Alleen al vanwege het uitzicht. Dat er nog mooie vogels voorbij komen maakt het alleen nog maar beter. Al vrij snel spotten we een aantal nieuwe soorten. Bij een boomstronk in het bos zien we nog kwartels met een aantal kleintjes. Het is echt genieten. Voordat we het door hebben zijn er drie uur voorbij gevlogen. Er komt meer bewolking aan en de vogels laten zich wat minder zien.

San Gerardo de Dota – Batsu Garden
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Flame-colored Tanager – Bloedtangare
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Rufous-collared Sparrow – Roodkraaggors
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Silver-throated Tanager – Zilverkeel tangare
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – White-naped Brush-Finch – Witnek struikgors
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Silver-throated Tanager – Zilverkeel tangare
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Tennessee Warbler – Tennessee zanger
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Spotted Wood-Quail – Gevlekte kwartel
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Rose-breasted Grosbeak – Roodborst kardinaal
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Rose-breasted Grosbeak – Roodborst kardinaal
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Rose-breasted Grosbeak – Roodborst kardinaal vrouwtje
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Baltimore Oriole – Baltimore Troepiaal
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Black-capped Flycatcher – Zwartkapfee tiran
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Black-capped Flycatcher – Zwartkapfee tiran
San Gerardo de Dota – Batsu Garden – Volcano Hummingbird – Vulkaan kolibrie vrouwtje

Heel voorzichtig dalen we de berg weer af. Aan het begin van deze beroerde weg zit een modern café waar we koffie willen drinken. Gaat het pas om 12 uur open. Op naar een ander restaurantje. Het personeel legt ons uit dat ze gesloten zijn en ook pas open gaan om 12 uur. Er worden tig mensen weggestuurd. Ik snap er niks van. Waarom ben je gesloten als je blijkbaar al zoveel klanten had kunnen ontvangen. Het restaurant is mooi gelegen aan een rivier waar we wat rondwandelen. Daarna moeten we verplicht rust houden op de kamer.

Om half één wagen we nog een poging bij het restaurant. Nu moeten we wel naast de afgrond parkeren. Mama heeft dat gelukkig niet door. Als ik het haar vertel wordt ze helemaal zenuwachtig. Ik mag een foto maken van hoe het er uit ziet en dat wil ze achteraf pas zien. Ze slaakt een kleine gil als ze de foto ziet.
Het restaurant is nog maar net open en we hebben bijna het laatste tafeltje te pakken. Ik begrijp nu beter waarom ze zo kort geopend zijn. Ze vragen zoveel geld voor een kop koffie dat het toch uit kan. De koffie is niet eens te drinken. Wat jammer, want we hadden ons er zo op verheugd. Het broodje smaakte wel goed. We rijden met de auto naar een hotel in de buurt waar we wandelen. Hadden we prima kunnen lopen, maar daar beginnen wij echt niet aan. Wij zijn geen berggeiten. De mensen hier maakt het niet uit of het vlak is of berg op/af. Onze Hollandse benen merken dat overduidelijk wel. Toch ontkomen we er niet aan om berg op te lopen. De eerste meters van het pad gaan steil omhoog. Eén meter wandelen staat volgens ons gelijk aan één meter stijgen. We lopen over een mooie hangbrug. In het nevelwoud is het moeilijk vogels spotten. Er is genoeg te horen en soms zien we genoeg fladderen, maar niet herkenbaar. Het is drie kilometer lang genieten van groen, groener groenst. Parasolvarens zo groot als bomen. Hier krijgen wij geen genoeg van. We ontdekken ook nog een camping met een mooie brug over de rivier naar een eilandje waar allemaal hangmatten en hangstoelen zijn. De ideale plek voor een snack.

San Gerardo de Dota
San Gerardo de Dota
San Gerardo de Dota
San Gerardo de Dota

Met de auto gaan we nog een stukje verder het dal in. Bij een hotel parkeren we de auto om een rondje te wandelen door de tuin. We zien nog een paar nieuwe kolibriesoorten. Het uitzicht verdwijnt achter een dikke laag mist. Wij zitten lekker droog onder de overkapping met een heerlijk drankje.

San Gerardo de Dota
San Gerardo de Dota
San Gerardo de Dota – Slaty Flowerpiercer – leigrijze berghoningkruiper vrouwtje
San Gerardo de Dota – Slaty Flowerpiercer – leigrijze berghoningkruiper man

Het is weer koud aan het worden als we terug zijn op onze kamer, dus ik blijf lekker binnen. Met de gordijnen open zodat ik mijn omgeving goed in de gaten kan houden. Een piepkleine kolibrie komt in het struikje voor onze kamer zitten. Het soort dat ik nog heel graag wilde zien met een knalroze keel. Wat een topper als afsluiting van deze geweldige dag.

San Gerardo de Dota – Savegre Hotel – Volcano Hummingbird – Vulkaan kolibrie
Geplaatst in 2022-1 Costa Rica, 2022-1-H San Gerardo de Dota - Savegre Hotel | Reacties uitgeschakeld voor San Gerardo de Dota